Moet ik hier een vergunning voor aanvragen?
17 juni 2025
Gecreëerd door
Struck Team
Communication
Dat is dé vraag waar het vaak mee begint. Of je nou een schuurtje in je tuin wilt, een dakkapel overweegt of een overkapping aan het huis wilt bouwen, ergens klinkt al snel: “Volgens mij mag dat vergunningsvrij.”
En dan begint het.
Want hoewel vergunningsvrij bouwen bestaat, is het allesbehalve vanzelfsprekend. De regels zitten vol uitzonderingen, mitsen en maren. En voor je het weet ben je uren verder in omgevingsplannen, kaartlagen en juridische definities, zonder duidelijk antwoord.
Vergunningsvrij... tenzij
Het begint vaak hoopvol: als iets onder bijbehorend bouwwerk valt, binnen je achtererfgebied ligt én onder een bepaald aantal vierkante meters blijft, dan zou het kunnen zonder vergunning.
Maar (en dat is een belangrijke maar) alleen als aan álle voorwaarden is voldaan. En dat betekent onder meer:
Dat je weet wat je oorspronkelijke hoofdgebouw is (niet per se wat er nu staat).
Dat je snapt waar je achtererfgebied ligt (dat is niet altijd 'achter het huis').
Dat het perceel één duidelijke bestemming heeft (en dus niet deels ‘agrarisch’ is).
Dat het bouwwerk ondergeschikt is aan het hoofdgebruik van het gebouw.
Als dat allemaal klopt, zit je goed. Tenminste... meestal.
En dan zijn er de uitzonderingen die alles veranderen
Want dan blijkt ineens dat je woning een monument is — gemeentelijk, provinciaal of rijks. En dan vervalt je hele vergunningsvrije droom: elk bouwplan, hoe klein ook, moet dan via een vergunningstraject. Hetzelfde geldt als je huis in een beschermd stads- of dorpsgezicht staat. Dat zie je niet altijd aan de buitenkant, maar het maakt alle verschil.
En zelfs als je géén monument hebt, kan een recente uitspraak van de Raad van State zomaar invloed hebben op wat wel of niet als “ondergeschikt” wordt gezien. Of wat nog meetelt als erf. De juridische werkelijkheid is constant in beweging, en dat merk je pas als het fout gaat.
De Bruidsschat: regels die je niet ziet, maar wél gelden
Sinds de Omgevingswet geldt er nog een extra laag aan complexiteit. Veel regels over vergunningsvrij bouwen zijn via de Bruidsschat tijdelijk in gemeentelijke plannen geplaatst. Zo is artikel 22.36 nog steeds van kracht op veel plekken, tenzij een gemeente dat inmiddels heeft aangepast.
Weet jij of jouw gemeente het artikel al gewijzigd heeft? Of dat jouw perceel nog onder de oude regeling valt? Precies. Dat bedoel ik.
Dus mag je nu vergunningsvrij bouwen?
Misschien wel. Misschien niet. Het eerlijke antwoord is: het hangt ervan af.
En dat is frustrerend. Want de meeste mensen willen helemaal niet sjoemelen. Die willen gewoon weten waar ze aan toe zijn. Kun je iets bouwen zonder vergunning? Dan is dat fijn. Maar als het niet mag, dan wil je het gewoon op tijd weten, vóórdat je investeert, of iets moet afbreken.
Meer duidelijkheid, minder giswerk
Wat ik hoop? Dat we de verwarring niet wegwuiven, maar erkennen. Want zowel bewoners als vergunningverleners zitten vaak vast in een systeem dat complexer is dan het lijkt. Niet uit onwil, maar omdat de regels nou eenmaal zo in elkaar steken.
Wat het extra lastig maakt: de regels staan op verschillende plekken, en ze gelden niet allemaal op hetzelfde moment. Sommige komen uit de wet, andere uit het omgevingsplan. Weer andere volgen uit jurisprudentie of tijdelijke regelingen zoals de Bruidsschat. Probeer dat als inwoner of ambtenaar maar eens te overzien.
Geen giswerk, geen doolhof, maar gewoon helderheid. Winst voor iedereen.